20 11 08 - 19:31

Hoofdstuk veertien: in het bos, in het bos*

Ik voel me net Hans. Of dat Grietje waar hij altijd mee optrekt -  you say potato, I say potato, nietwaar? Behalve dan dat ik me op mijn rammelfiets door het bos begeef en ik me gek genoeg geen tweewieler in welk sprookje dan ook kan herinneren.



Terwijl dat toch best een leuke toevoeging geweest zou zijn, heren Andersen en Grimm. Ezeltje strekje en tafeltje dekje had best aangevuld kunnen worden met fietsenrekje. Reuzenhandig als je stalen ros, zoals de mijne, geen standaard heeft. Dit effect heeft het bos dus op me – afdwalende gedachten over verschillende sprookjes. Maar iedere keer als ik een gat in de weg te laat zie en er met mijn voorwiel doorheen stuiter, bewijst mijn taalgebruik weer dat ik overduidelijk nog wat moet sleutelen aan mijn sprookjesprinsessenetiquette. 

Andere typische sprookjesingrediënten heb ik dan weer wel: een neus voor onraad en een zucht voor avontuur bijvoorbeeld. Ik wil van het pad af, maar ik weet dat dat vragen om problemen is. Want in het sprookjesbos zitten jagers. En die heb ik er niet eens zelf bij verzonnen: hier in Zweden kent men een jachtseizoen en dat is dus nu. Buurvrouw Sara heeft me gewaarschuwd om de komende twee weken vooral niet de kleine bospaadjes op te gaan. Naar buiten gaan is betrekkelijk veilig, als je maar duidelijk laat zien dat je een mens bent, geen prooi. 

Hoewel ik een levendige fantasie heb, gevoed door en besteed aan een flink dik sprookjesboek, ken ik vrij weinig sagen over een smakelijk hapje op een tweedehands, knalpaarse fiets. Ik denk dus dat ik op mijn gemakje naar huis kan rijden. Zelfs als ik als potentieel hapje koekjes bij me heb. Ze zijn niet zelfgebakken, maar ze zitten wèl in zelf met Duct tape in elkaar gefabriekte fietstassen.  

Ik zie vandaag geen wolven en geen spoor van broodkruimeltjes. Geen drie biggetjes, al rijd ik wel bijna een wild zwijn aan. Bambi geeft vandaag niet thuis en ik zie ook geen jagers. Maar ook geen naar zoetigheid smachtende grootmoeders, wat betekent dat ik die koekjes dus mooi zelf mag opeten. In mijn peperkoeken huisje in het bos. En als ik ze op heb, begin ik aan het huisje zelf. Knappe heks die me daarbij tegenhoudt.  © Ellen W.

  * De oplettende goedgeinformeerde lezer weet dat ik inmiddels verhuisd ben. Ik liep alleen een beetje achter met mijn stukjes. Hoe dan ook: hoera! Van een leuk peperkoekenappartementje in ver weg ben ik nu woonachtig in een kleiner en goedkoper miniatuurhuisje op ongeveer vijf minuten van de uni. Heen is het heuveltje af, dan ben ik er in een minuut of drie, maar omdat het dan terug dus bergje op is, ben ik daar tien minuten zoet mee, vandaar een gemiddelde tijd. Het grote voordeel van deze nieuwe woning: hier gaat zelfs een belantarenpaalde asfaltweg heen!

Linksonder is mijn huisje:

Dit is dan de slaap/woon/logeer/eet/studeerkamer:

En voor wie dacht dat ik op de Laan van nieuw Oost-Indie de kleinste wc ter wereld had - dat klopt. Maar deze is een goede tweede. 




Reacties:

Leuk, leuk!!! Meer plaatjes en meer praatjes graag :)
Zuz - 23 11 08 - 13:38

Ziet er geweldig uit. Dit vráágt om een huisdier!
Mam - 06 12 08 - 14:51